De keerzijde van 5G: tienduizenden satellieten en tonnen ruimteafval

(door Sylvia Slegers, de Andere Krant) De commerciële bedrijven SpaceX, Amazon en het Britse OneWeb brengen de komende jaren tienduizenden grote en kleine satellieten in lage banen rond de aarde. Dat is nodig om de wereld te voorzien van 5G-internet. Critici waarschuwen voor de surveillance-mogelijkheden en voor een gigantische toename van ruimtepuin.

Overal in de wereld wordt gewerkt aan een alomvattend netwerk waarop alle apparatuur – en uiteindelijk zelfs mensen – aangesloten moeten worden: het zogenaamde internet of things (IoT). Om het benodigde dataverkeer mogelijk te maken voor dit netwerk, is een dichte dekking nodig van 5G-stations, die pakweg om de 200 meter zullen worden geplaatst, in alle landen die hieraan meedoen. Maar het dataverkeer in dit netwerk zal niet genoeg hebben aan grondgebonden verbindingen, zoals glasvezelkabels. Om de belofte van alomtegenwoordige, ogenblikkelijke connectiviteit te verwezenlijken, zal het nodig zijn de kabels aan te vullen met – omvangrijke – satellietsystemen. De grondgebonden communicatiesystemen en satellieten zullen met elkaar moeten worden verbonden. Alleen dan kan de 5G-connectiviteit worden uitgebreid naar min of meer ‘afgelegen’ plekken (last mile) waar de uitrol van glasvezel te kostbaar wordt, en bijvoorbeeld naar schepen en vliegtuigen.

De meerwaarde van satellieten voor 5G-netwerken is tweeledig:

1. Er ontstaat extra backhaul: verbindingen tussen apparaten die data met elkaar uitwisselen.

2. Er kunnen redundanties – back-up systemen – gecreëerd worden, zodat bij het uitvallen van één systeem een ander systeem de taken overneemt.

We hebben het hier niet over een verre toekomst. Europees Commissaris voor de Interne Markt, Thierry Breton, schrijft in een persbericht van de Europese Commissie van 24 november: “5G zal innovatieve diensten voor mensen en groeimogelijkheden voor Europese bedrijven mogelijk maken. De lucht is niet langer de grens als het gaat om mogelijkheden die worden geboden door supersnelle connectiviteit met hoge capaciteit.” De Commissaris meldt dat passagiers, als gevolg van recentelijk aangepaste wetgeving, voortaan ook tijdens vluchten binnen de EU met hun mobiele telefoons gebruik moeten kunnen maken van het 5G-netwerk. Daartoe dienen luchtvaartmaatschappijen een 5G-picocell – een soort miniatuur zendmast – in vliegtuigen te installeren die zowel verbonden is met een satelliet als met een mobiel netwerk op de grond.

SpaceX, het bedrijf van miljardair Elon Musk, heeft op 10 september met zijn eigen Falcon 9-raket de BlueWalker 3-satelliet de ruimte ingestuurd. Deze heeft een totaaloppervlak van 64 m² en een antenne van acht meter breed. Het is de grootste commerciële communicatiesatelliet tot nu toe, met een potentieel bereik van 1,8 miljard telefoongebruikers. De satelliet wordt ingezet om het rechtstreeks aanbieden van mobiele telefoondiensten vanuit de ruimte te testen. De BlueWalker 3 zal in 2023 worden aangevuld met vijf BlueBird-satellieten die twee keer zo groot zijn als de BlueWalker 3. Om een volledige dekking te kunnen realiseren, zal een constellatie van ten minste 100 gigantische satellieten nodig zijn. Ook lanceert SpaceX vele tienduizenden kleinere satellieten in een lage baan boven de aarde (Low Earth Orbit – LEO, tussen de 160 en 2.000 kilometer boven het aardoppervlak). Zo schiet Musk sinds mei 2019 tweewekelijks zestig kleine satellieten de ruimte in. Dit zogeheten Starlink-project is in het leven geroepen om iedereen, overal op aarde van snel en goedkoop internet vanuit de ruimte te voorzien. In 2027 zou het hele netwerk van in totaal 42.000 5G-ondersteunende satellieten compleet moeten zijn. Musk mikt in 2025 al op een omzet van 30 miljard dollar.

Jeff Bezos, voormalig CEO van Amazon, is in 2019 gestart met Project Kuiper. Bezos is eigenaar van raketbedrijf Blue Origin en zal daarmee 3236 satellieten lanceren. Hij is de voornaamste concurrent van Musk. Ook het Britse OneWeb lanceerde in februari 2019, in samenwerking met onder andere Virgin Galactic (het ruimtevaartbedrijf van miljardair Richard Branson), de Franse rakettenbouwer Arianespace en vliegtuigbouwer Airbus, de eerste zes satellieten van een constellatie die uiteindelijk moet gaan bestaan uit 5260 stuks. Een jaar later werden nog eens 34 satellieten in een baan rond de aarde gebracht, deze keer met behulp van een Russische Sojoez-raket. OneWeb-CEO Adrian Steckel stelt dat “de race om internet vanuit de ruimte losbarst. Wij willen de grootste internetprovider ter wereld worden.”

Satellieten bieden de “ultieme mogelijkheid om data te distribueren, samen te voegen en op te halen”, zegt Franco Ongaro, directeur van het Europees Ruimte Agentschap (ESA) in de Tegenlicht-aflevering Ruimtepuinruimers (VPRO, 31 maart 2019). “Als data de nieuwe olie zijn, dan zijn satellieten de pijpleidingen, de raffinaderijen, de distributeurs en de tankstations van die data.” Markus Katzkowski, Chief Financial Officer van het Luxemburgse LuxSpace dat data vergaart via kleine satellieten: “Het mooie van satellieten is: je kunt de hele aarde systematisch in het oog houden.”

Satellieten op meer dan 500 kilometer afstand van de aarde kennen een gemiddelde levensduur van tientallen jaren. De LEO-satellieten gaan slechts tussen de vijf en zeven jaar mee. Er bevinden zich dus nu niet alleen vele tienduizenden satellieten in de ruimte, er zweeft ook al ruim 8 miljoen kilo afval boven onze hoofden. Het gaat om meer dan 100 miljoen stukken ruimtepuin: van niet-operationele satellieten, trappen van raketten of andere grote objecten, brokstukken van explosies en onderlinge botsingen van ruimte-objecten tot 70.000 tot 120.000 fragmenten kleiner dan één centimeter. Volgens het European Space Operations Centre (ESOC) van ESA, dat al het ruimteschroot in de gaten houdt, neemt de hoeveelheid ieder jaar met vijf procent toe. Omdat het afval zich met 27.000 kilometer per uur door de ruimte beweegt, kan het in botsing komen met een satelliet en zo het Kessler-syndroom veroorzaken: decennialange kettingbotsingen die een dikke laag blijvend puin achterlaten en daarmee ernstige problemen veroorzaken voor ruimtevaartuigen en astronauten. Dit fenomeen is vernoemd naar de Amerikaanse astrofysicus en gepensioneerd NASA-wetenschapper Donald Kessler, die er al in 1978 voor waarschuwde. Kesslers hedendaagse vakgenoot Dave Clements van het Imperial College in Londen benoemt nog een risico: “We zullen niet meer zien wat er achter de satellieten zit, of het nu gaat om een potentieel gevaarlijke asteroïde die dichterbij komt of de verst verwijderde quasar (quasi-stellar object, heldere kernen van verafgelegen sterrenstelsels – red.) in het universum.”

De vraag is hoe de situatie boven de aarde in toom kan worden gehouden. Chris Johnson, adviseur ruimterecht bij de Secure World Foundation in de Verenigde Staten, zegt in een artikel in New Scientist dat er op dit moment geen beperkingen zijn in het internationaal recht wat betreft de grootte van satellieten. Tanja Masson-Zwaan, docent aan het Leidse Internationaal Instituut voor Lucht- en Ruimterecht stelt eveneens: “Er zijn geen internationale regels en geen verplichtingen om het afval op te ruimen”. Etiënne Schneider, econoom en sinds 2012 minister van Economische Zaken in Luxemburg, signaleert nog een ander probleem: “Volgens de VN is de ruimte van de hele mensheid, maar dan is het geen verdienmodel.”

Bron: https://deanderekrant.nl/nieuws/de-keerzijde-van-5g-tienduizenden-satellieten-en-tonnen-ruimteafval-2023-01-06

Foto: SpaceX

Foto: NASA. the Apollo 17 crew


Eerst waardecreatie, dan geld

(door Ad Broere) In de Andere Krant nr. 49 staat een artikel naar aanleiding van het interview dat Simone Been met mij had. Ik stel het zeer op prijs dat De Andere Krant mij de gelegenheid heeft geboden om mijn denkbeelden te delen. Het complete artikel, zonder de onvermijdelijke inkortingen, volgt op deze en de volgende twee posts. Tevens doe ik aan het eind ervan een oproep om financieel te helpen bij de totstandkoming van een animatiefilm.

Nu een digitale Euro en het verdwijnen van contant geld een kwestie van tijd zijn, pleit econoom Ad Broere ervoor om met elkaar financiële alternatieven te bouwen. “We moeten onze samenleving en economie heruitvinden, van onderaf, nu dat nog kan.” De Andere Krant sprak Broere over zijn nieuwste ideeën.

“Wat ik inmiddels zeker weet, is dat we nooit uit de afhankelijkheid van dit geldsysteem afkomen – en daarmee ook niet van de CBDC zoals ze daar nu mee bezig zijn – als wij ons daar niet van losmaken”, begint Broere. “We moeten uitgaan van de waarde die wij produceren en ons daarbij niet laten leiden door geld, want geld heeft geen waarde in zichzelf. Dat dat wel zo zou zijn, is een van de grootste misvattingen die wij als mensheid over onszelf hebben heengehaald. Zolang we daarin geloven, houden we dat met elkaar in stand.”

Steeds rijker

“Zo’n negentig procent van al het geld en bezit is nu van de rijkste 1 procent van de wereld, of misschien zelfs de rijkste 0,1 procent. Met dat geld wordt meer geld verdiend, dus het stroomt alleen maar meer naar die selecte groep.” Voor het ontstaan daarvan blikt Broere terug naar het einde van de 17e eeuw. “Toen waren er de eerste bankiers. Zij leenden hun geld uit aan koningen en de adel met het volk als onderpand. Er werden belastingen geheven en dat kwam als aflossing bij de bankiers terug. Feitelijk is dit nu nog steeds zo. Het vermogen dat zij in de loop van tijd hebben opgebouwd, hebben ze vervolgens belegd in onder andere schepen, spoorwegen, kranten, wapenindustrie, goud-, olie- en diamantwinning, waardoor het nog meer werd. Die kleine groep mensen heeft daarmee een enorme grip gekregen op de wereldeconomie, maar allemaal achter de schermen: niemand kan aantonen hoe rijk ze eigenlijk zijn. Vervolgens oefenen zij invloed uit op politieke en economische processen. Grote instituten zoals de Wereldbank, de VN en de EU staan onder zware invloed van de lobby van deze rijken.”

Uit het niets

Het is volgens Broere niet alleen belangrijk om te weten waar ons geldsysteem vandaan komt, maar ook hoe desastreus het is. “Stel dat je een huis wilt kopen. Dan moet er geld zijn. Als dat er niet is, moet je het lenen en aflossen met rente. De grap is echter, dat dat geld wat je leent voor het moment dat je je contract ondertekent helemaal niet bestond! Als je bijvoorbeeld een hypotheek van drie ton afsluit, wordt dat bedrag in de min in de computer ingevoerd. De bank heeft dan een vordering op jou van die drie ton, dus de bank heeft dat geld in de plus staan en het huis is daarbij onderpand tot je het hebt afgelost. Je werkt je vervolgens tientallen jaren klem om geld – wat er niet was en wat niks waard was – waarde te geven. Banken scheppen dus geld uit het niets en ze verdienen geld waarvoor is gewerkt aan de rentes en aflossingen van die gecreëerde leningen.”

Het is volgens Broere dus niet zo dat bankiers spaargeld uitlenen. “Dat is wat ze ons vertellen en wat de meeste mensen nog steeds geloven, maar dat is niet zo. Het kan ook niet; alle leningen en hypotheken bij elkaar opgeteld, is veel meer dan er spaargeld beschikbaar is. Het geld wordt gecreëerd door schuld, dus hoe meer schuld er is, hoe meer geld er is en als er minder schulden zijn, is er minder geld. Als er geen schulden zijn, zou er zelfs geen geld meer zijn en dan komen we terug op het punt voor er geld was.

Chaos

Dat rijken steeds rijker worden, betekent volgens Broere ook dat het armste deel van de wereldbevolking steeds armer wordt. “En daarmee afhankelijker. Dat is gevaarlijk, omdat de bevolking dan steeds opener staat voor alles wat van bovenaf beslist wordt en dan kan er een digitale dictatuur ontstaan, zoals het World Economic Forum voorstaat (“Je bezit niets, maar je bent gelukkig”). In dit geval komt er Central Bank Digital Currency (CBDC) en een basisinkomen, waarop je aanspraak maakt mits je je aan hun regels houdt. Want dat inkomen is niet langer werk- maar gedragsverbonden. En wie zegt daar dan nee tegen?! We zien nu al dat mensen niet meer rond kunnen komen door de hoge energierekeningen en de inflatie. Het is een kwestie van tijd dat het merendeel van het MKB en zelfstandige kleine ondernemers failliet gaan. Met als gevolg dat veel mensen werkloos worden en afhankelijk van een uitkering. Als de vraag daarnaar groot wordt, kan de overheid echter maar beperkt helpen. Dan kom je in een situatie dat mensen niks meer kunnen, zoals we hebben zien gebeuren in Argentinië en Griekenland. Dat worden chaotische toestanden. Daarom moeten we nu aan alternatieven bouwen, voordat de chaos uitbreekt.”

Een ‘kastanje’-community

De oplossing zit volgens Broere in eerst waardecreatie en dan het geld. In een community kun je dat realiseren, wat in de ‘eurowereld’ onmogelijk is, want daar komt eerst het geld en dan de waardecreatie. De community heeft een voorraad ruilmiddel in reserve dat beschikbaar komt als er een waardecreatie plaats vindt. Bijvoorbeeld een bakker die brood levert, een glazenwasser die de ramen lapt, een arts die een patient behandelt. Het gaat erom dat er iets wordt gecreerd dat voor een ander community lid waarde heeft. Dat er geld wordt gebruikt is louter om een waardeopslag te hebben als er geen directe ruil tot stand komt. Geld zoals we dat nu kennen bestaat niet in de community.

Broere heeft enkele uitgangspunten bedacht om zo’n community te kunnen realiseren. “Een eerste uitgangspunt is dat de producenten voldoende omzet in euro’s moeten hebben, om zo de eurokosten te kunnen dekken, zoals de huur, salaris en inkoop. De overige producten of diensten kunnen dan met communitymunten, noem ze kastanjes, gekocht worden. Een tweede uitgangspunt is dat eerst de waardecreatie komt en dan pas geld, waardoor geld ondergeschikt raakt. Geld moet weer in de bijrol. Het moet een gevolg van waardecreatie zijn, geen voorwaarde. Het derde uitgangspunt is dat de euro geleidelijk wordt afgeschaft. Leveranciers die meedoen in een community leveren hun producten of diensten als de euro uitgaven gedekt zijn. Ze moeten wel de vrijheid hebben om dat te doen. Het gaat daarom vooral om het zelfstandige mkb en kleine zelfstandigen.

Zo’n community heeft veel voordelen. “Met geld kun je dan niet nog meer geld maken, dus sparen is zinloos. Het moet juist circuleren in de community waardoor iedereen kan deelnemen aan de waardecreatie binnen de community. Mensen die nu aan de zijlijn van de economie staan, doen dan ook weer mee. En als wij geld niet meer de plek geven die het nu heeft, valt rijkdom door geld voor zich te laten werken en de daarmee gepaard gaande macht weg.

Broere benadrukt dat hoewel het concept simpel is, het nog niet wordt toegepast omdat de daarvoor vereiste omkering in het denken moeilijk is. “Dit is te herleiden tot de indoctrinatie over wat de waarde van geld is. We kunnen ons geen alternatief meer voorstellen en geloven niet dat het zo simpel kan zijn. Vooral omdat van geld iets is gemaakt dat gewichtig en ingewikkeld lijkt, waarvan alleen geleerde mensen verstand kunnen hebben. Dat het in werkelijkheid heel eenvoudig is zullen zij jou nooit vertellen, omdat niemand dan meer zou accepteren hoe het geldsysteem voor enkelen werkt en de rest afhankelijk maakt. ”

Contant betalen

Tot slot pleit Broere ervoor om lokaal te kopen. “Elke euro die wij nu uitgeven is een stembiljet en heeft gevolgen voor de economie. Geef deze dan ook uit aan de plaatselijke slager, bakker en groenteboer. Ga naar de markt. Dan blijft het regionaal stromen, de regio wordt vitaler en ambacht en onafhankelijkheid komen terug. En betaal daarbij contant, zolang het nog kan!”

Broere ziet wel dat contant geld op den duur gaat verdwijnen. “In mijn boek ‘Geld komt uit het niets’ heb ik een stuk geschreven over de BIS-bank. Carstens, de huidige general manager van deze invloedrijke bank verklaarde onlangs voorstander te zijn van CBDC ‘want dan kunnen we alle uitgaven van iedereen volgen en dat kan niet zolang er contant geld is’. Het gaat om controle, controle en nog meer controle. Als alles digitaal wordt, kan er worden gecontroleerd, ingegrepen en gestuurd. Digitaal cash geld kan naar believen ‘aan’ of ‘uit’ gezet worden. Daarom moeten we van de vrijheid die er nu nog is profiteren door communities te bouwen en onze economie onderling te regelen, op basis van eerst de waarde en dan het geld. We moeten creatief en inventief worden en ons voor eens en voor altijd losmaken van het destructieve geldsysteem om een menswaardige samenleving mogelijk te maken.”

Ik zou graag een animatiefilm willen laten maken om dat wat in dit artikel wordt uitgelegd op een directe en begrijpelijke manier aan een brede kring van mensen over te brengen. Een animatiefilm laten maken kost echter – veel – geld. Dit is dus een sprekend voorbeeld van er moet eerst geld zijn voordat je waarde – de animatiefilm – kunt maken. Een film die als doel heeft om de omkering in het denken over geld en waarde te bevorderen. Donaties om deze film te kunnen laten maken zijn zeer welkom: NL59TRIO0379342502 tnv Humane Economy Publishing onder vermelding van Donatie Animatiefilm.

Bron: De Andere Krant https://deanderekrant.nl/nieuws/stichting-voorzij-waarschuwt-pure-brainwashing-2022-12-09

Meer lezen van Ad Broere: AdBroere.nl of de gelijkgenaamde Telegramgroep.

Image: Kapkap pendant, Solomon Islands https://collections.artsmia.org/art/5969/kapkap-solomon-islands